Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Besluit waarbij aan Zijne Hoogheid HENDRIK WLADIMIR ALBRECHT ERNST, Hertog van Mecklenburg, Vorst van Wenden, Schwerin en Ratzeburg, Graaf van Schwerin, Heer van de landen Rostock en Stargard, enz., enz., wordt verleend de titel Prins der Nederlanden, met het praedicaat: Zijne Koninklijke Hoogheid

BESLUIT van den 6den Februari 1901, Stb. 61, waarbij aan Zijne Hoogheid HENDRIK WLADIMIR ALBRECHT ERNST, Hertog van Mecklenburg, Vorst van Wenden, Schwerin en Ratzeburg, Graaf van Schwerin, Heer van de landen Rostock en Stargard, enz., enz., wordt verleend de titel Prins der Nederlanden, met het praedicaat: Zijne Koninklijke Hoogheid


WIJ WILHELMINA, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDERLANDEN, PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ., ENZ., ENZ.
Gelet op artikel 65 der Grondwet;
Hebben goedgevonden en verstaan:

na de voltrekking van Ons huwelijk aan Zijne Hoogheid HENDRIK WLADIMIR ALBRECHT ERNST, Hertog van Mecklenburg, Vorst van Wenden, Schwerin en Ratzeburg, Graaf van Schwerin, Heer van de landen Rostock en Stargard, enz., enz., te verleenen den titel van Prins der Nederlanden, met het praedicaat: Zijne Koninklijke Hoogheid.

Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in de Staatscourant en in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan den Raad van State.

's Gravenhage, den 6den Februari 1901.

WILHELMINA.

De Minister van Justitie,
CORT V.D. LINDEN.

Uitgegeven de zevenden Februari 1901.

De Minister van Justitie,
CORT V.D. LINDEN.