Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Tweekleurige vleermuis

Vespertilio murinus
Vleermuizen

De tweekleurige vleermuis is een zeldzame verschijning in Nederland.
Pas in 1977 werd in Nederland voor het eerst een tweekleurige vleermuis gevonden.
Van 1984 tot 1998 zijn vrijwel ieder jaar één of enkele tweekleurige vleermuizen aangetroffen.
Deze waarnemingen betroffen voornamelijk volwassen dieren die in het najaar
en winter in de buurt van de kust werden gevonden.
Bij al deze vondsten in Nederland leek het vooral te gaan om afgedwaalde exemplaren
en werd de tweekleurige vleermuis nog niet echt als een in Nederland verblijvende vleermuis gezien.

Dat veranderde toen in 1998 in de wijk Maarssenbroek in Utrecht
een kraamkolonie van zo’n 25 dieren werd gevonden.
Deze kolonie is tot nu nog de enige bekende kraamkolonie van deze soort in Nederland.
In 2002 werd er in de buurt van Groningen een kolonie gevonden
met 24 uitvliegers, maar er kon niet worden vastgesteld of het een kraamkolonie betreft.
Daarnaast worden er de laatste jaren in het najaar en de winter
in de gebieden langs de kust een langzaam groeiend aantal tweekleurige vleermuizen gevonden.

De tweekleurige vleermuis is met zijn spanwijdte van 27 tot 31 cm een middelgrote vleermuis.
De kleurtekening van de tweekleurige vleermuis is in vergelijking
met de andere Nederlandse vleermuizen erg opvallend.
De vacht is op de rug donker- tot zwartbruin, met zilverkleurige haarpunten.
De buik is licht beigewit tot wit en heeft een donkere ondervacht.
Rond de schouders heeft de tweekleurige vleermuis vaak een donkere band.
De snuit, oren en vleugels zijn zwartbruin.
Het is de enige Europese soort waarbij de vrouwtjes 4 tepels hebben, de rest heeft 2.

Tweekleurige Vleermuizen vliegen pas na het aanbreken van de nacht uit.
Ze vliegen snel en hoog - tot 20 meter boven boomtoppen - en daken.
Het jachtgedrag lijkt op dat van de laatvlieger en de rosse vleermuis.
Hij jaagt voornamelijk in rechtlijnige vlucht of in grote cirkels op vijf tot veertig meter hoogte.
Tijdens de jacht laten ze geregeld een roep horen, die als schel en piepend wordt beschreven.
Zoals alle geluiden van vleermuizen is deze roep relatief hoog, maar laag genoeg
om door mensen met een goed gehoor van verre gehoord te worden.

In de zomer is de tweekleurige vleermuis een bewoner van kieren en spleten
in rotsen in bosachtig berglandschap en steppegebieden.
In vlakke gebieden verblijft deze soort echter ook
in muurspleten en zolderruimten van hoge gebouwen.
Als winterslaapplaats worden grotten, kelders maar ook spleten in hoge gebouwen gebruikt.

In de herfst (paarseizoen) zijn tweekleurige vleermuizen in Zweden en Denemarken
in grote aantallen in grote steden rond hoge gebouwen aanwezig.
De mannetjes voeren dan in hun territorium baltsvluchten uit om vrouwtjes te lokken.
Tot nu werd er maar één keer een baltsende tweekleurige vleermuis in Nederland aangetroffen.
Van tweekleurige vleermuizen is bekend dat zij over grote afstanden trekken.
De tweekleurige vleermuizen die in het najaar en winter sporadisch in vooral de steden
in kustgebieden in Nederland worden gevonden zijn waarschijnlijk dieren die op doortrek zijn.
 
 
 
 
Terug naar:

Home
Zoogdieren
Soort bij soort