Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Ondergrondse woelmuis

Pitymys subterraneus
Woelmuizen

Karakteristiek aan de ondergrondse woelmuis zijn de zeer kleine ogen
en korte oren, die vrijwel in de pels verborgen liggen.
Wat zijn biotoop betreft is de ondergrondse woelmuis weinig kieskeurig:
men vindt hem niet alleen in vochtig, open terrein met een kruidenlaag,
maar ook in weilanden, groentenakkers en zelfs in loofbossen en gemengde bossen.
Het dier brengt een groot deel van zijn leven ondergronds door
in zowel oppervlakkige als diepere gangen met nest- en voorraadkamers.

Grassen zijn als voedsel minder belangrijk dan bij de aard- en veldmuis;
ze eten meer kruidachtige planten en dan vooral de ondergrondse plantedelen:
knollen, bollen, zaden en vruchten.

Ongewoon voor een woelmuis is ook het geringe aantal jongen: gemiddeld slechts twee of drie per worp.
Wel zijn er jaarlijks meer worpen (tot maximaal 10) en duurt de voortplantingstijd langer.
Zelfs 's winters worden er nog jongen met succes grootgebracht.
De draagtijd duurt 21 dagen.

De ondergrondse woelmuis is de zeldzaamste woelmuis in Nederland.
Hij wordt alleen van het zuiden van het land vermeld.
In België is deze soort algemener.
De veldmuis schijnt een concurrent te zijn, want waar deze ontbreekt
of zeldzaam is, is de ondergrondse woelmuis talrijk.
 
 
 
 
Terug naar:

Home
Zoogdieren
Soort bij soort