Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Watersnip

Gallinago gallinago
Snippen

De watersnip is een bruinachtige vogel met aan de bovenzijde
zwarte vlekken en witachtige lengtestrepen.
Hij heeft een lange snavel en korte poten.
Hij is te vinden in hoogvenen, ondiepe moerassen en natte weilanden,
en tijdens de trek ook op moddervlakten.

Bij gevaar verstart hij en drukt hij zich tegen de grond.
Zo blijft hij roerloos zitten om,
als de indringer enige meters verwijderd is, plotseling op te vliegen.
Hij stijgt dan zigzaggend schuin omhoog onder veelvuldig raspend geroep.
De vlucht wordt vervolgens gelijkmatiger en voert meestal in een hoge en wijde boog
weer terug tot de nabijheid van het uitgangspunt.

Tijdens het foerageren is hij gemakkelijk te herkennen
aan de snelle, ritmische, peurende kopbewegingen.
Ze vangen met hun lange snavel wormen en andere ongewervelden uit het zachte slik.

Tijdens het duiken in de baltsvlucht produceren buitenste pennen
van gespreide staart een vibrerend geblaat.
Dit mekkerend geluid is onmiskenbaar en in de volksmond
wordt de vogel hierom wel het hemelgeitje genoemd.

Het nest wordt op de grond gebouwd.
Ook tijdens het broeden blijven ze lang zitten
en vliegen ze pas op als ze bijna onder de voet gelopen worden.
De 4 eieren komen na 18 – 20 dagen uit.

De watersnip was vijftig jaar geleden nog een algemene broedvogel
maar behoort nu op de lijst van de bedreigde soorten.
De in Nederland broedende watersnippen zijn trekvogels
die in Zuid-Engeland en Zuidwest-Europa overwinteren.
Andere watersnippen uit het noorden overwinteren hier.
De trek is in maart en april en van augustus tot november.

De voornaamste oorzaken voor de afname van de watersnip
zijn de intensivering van het agrarisch gebruik van de veenweidegronden
in het westen en de ontginning van de hoogvenen in het oosten des lands.
Ontwatering, overmatig gebruik van kunstmest, een hoge veebezetting
en het verdwijnen van lage, modderige slootkanten zijn daarbij de grootste boosdoeners.
Alleen bij een sterk aangepast beheer kan de watersnip
in het Hollandse cultuurlandschap overleven.
De beste kansen heeft de soort op zompige veengraslanden met een geringe veebezetting;
een combinatie die vooral gevonden wordt in weidevogelreservaten.
Maar ook als de boer volledig uit beeld zou verdwijnen, zou het voor de snip niet beter worden;
de verruiging die dan in de voormalige graslanden optreedt, leidt eveneens
tot het verdwijnen van het specifieke broedbiotoop.
Samenwerking tussen boeren, natuurbeschermers en de overheid
is dus onontbeerlijk voor het behoud van de watersnip.
 
 
 


 
 
 
Terug naar:

Home
Vogels
Soort bij soort