Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Spreeuw

Sturnus vulgaris
Spreeuwen

De spreeuw is de enige soort van de spreeuwenfamilie die in Noord-, Midden- en Oost-Europa voorkomt.
Alleen in Spanje, Portugal en enkele Middellandse Zee-eilanden vinden we nog de zwarte spreeuw.
De spreeuw is een trekvogel die al in februari kan arriveren om pas in november weer weg te gaan.
In Nederland overwinteren spreeuwen ook wel in plaats van weg te trekken.

Het is een bekende vogel met een lange snavel, een compact lichaam,
een korte staart en driehoekige vleugels, hetgeen een gedrongen uiterlijk geeft.
De vogel stapt stoer en doelgericht en maakt hierdoor een parmantige, actieve indruk.

Hij komt vooral in groepen voor, die 'als één man' acrobatische toeren uitvoeren.
De vlucht is karakteristiek: snel en rechtlijnig,
hij schiet soms door met gesloten vleugels, of maakt een glijvlucht.
De groepen kunnen kort voor de trek meerdere duizenden exemplaren omvatten
die staaltjes van synchroon-vliegen laten zien waar je stil van wordt.

De volwassen spreeuw in broedkleed heeft een vrijwel zwart verenkleed
met een sterke paarse en groene weerschijn.
De bovendelen zijn bezet met witte spikkels, bij vrouwtje meer dan bij mannetje.
De vogel heeft dan een gele snavel geel waarbij het mannetje een blauwe basis heeft.
Buiten de broedtijd is hij minder gespikkeld en heeft hij een donkere snavel.
De jongen zijn grijsbruin met een witte keel.

Spreeuwen zijn meestal luidruchtig, met name op gezamenlijke roestplaats.
Het zijn uitstekende imitators die niet alleen vogels nadoen
maar bijvoorbeeld ook boerderij- en verkeersgeluiden.
Het meest gehoorde geluid is een raspend "tsjierrr" en helder, dalend "pieieoe".

De spreeuw komt meestal voor nabij menselijke bebouwing en nabij vee.
Hij heeft geen speciale voorkeur voor een bepaald leefgebied, maar wel prefereert hij
korte graslanden met nabijgelegen bomen en huizen met nestholtes.
In het broedseizoen komt hij ook in het bos voor.

De spreeuw is in feite een alleseter maar gedurende broedseizoen
heeft hij een sterke voorkeur voor insecten.
Verder staan er ook wormen, slakken, kersen,
druiven, brood en afval op het menu.

In april of mei wordt een nest gebouwd in een nis in een muur of boom of in nestkastjes.
Wanneer je een dame het hof maakt dien je toch goed tevoorschijn te komen.
Wat kun je minder dan een compleet huis aan te bieten,
of in het spreeuwengeval: een compleet nest.
In het spreeuwenleven telt één ding boven al het andere: een nesthol.
Het is elk voorjaar weer hetzelfde gehannes.
De mannetjes komen terug uit het winterkwartier en moeten
de beschikbare nestholen onder elkaar verdelen.
Iedereen wil het beste stekkie, want geen hol, dan straks geen vrouw.
Het geeft onder de mannen een hoop gebakkelei.

Als zo’n week later de vrouwen arriveren, kunnen die rustig rondshoppen
langs alle mannen die met hun hol-met-nest adverteren.
Om hun zelfgebouwde nesten nog aantrekkelijker te maken
is er zelfs een bloemetje meegevlochten, maar in hoeverre de spreeuwenmeiden
zich daardoor laten lijmen is niet duidelijk.
Vrijwel zeker is dat ze letten op de ligging, mogelijke lekkages, het uitzicht
en nog een tal andere praktische aspetcen en tenslotte besluiten: ja of nee.
Is het ja, dan nemen ze de bijbehorende kerel op de koop toe.
Zodra het nest betrokken wordt, beginnen ze eerst met het wegslopen van de bloemenflauwekul.
Er moet efficiënt gejongd kunnen worden, meer niet.

Er worden meestal 5 egaalblauwe eieren gelegd die bijna twee weken worden bebroed.
Daarna worden de jongen ongeveer drie weken op het nest verzorgd.
Soms worden twee broedsels per jaar voortgebracht.


 
 
 


 
 
 
Terug naar:

Home
Vogels
Soort bij soort