Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Purperreiger

Ardea purpurea
Reigers

De purperreiger bewoont uitgestrekte rietmoerassen met bomen nabij poldergebieden.
Deze moerasbewoner broedt koloniegewijs in drassig, overjarig rietland
en in door oud riet omgeven struweel.

Vooral in vlucht is hij te verwarren met de blauwe reiger
maar hij is kleiner, slanker en donkerder dan zijn blauwe neef.
De zeer dunne hals is kastanjebruin met brede, zwarte lengtestrepen.
Hij heeft van de rug afhangende witachtige en roestrode sierveren.
De duidelijk uitgespreidde achtertenen zijn een aanpassing aan het leven in het riet.

Het voedsel bestaat uit vis en waterinsekten,
die in ondiep open water gevangen worden.
Zelden staat hij open in het veld.
Vanaf maart tot september-oktober (november) verblijft de purperreiger in Nederland.
Ze overwinteren in West-Afrika ten zuiden van de Sahara.
De 4 – 5 eieren worden in 25 – 28 dagen uitgebroed.
Daarna blijven de jongen nog ruim 40 dagen op het nest.

De soort staat op de rode lijst vanwege de sterke afname
en de geringe verspreiding van de toch al kleine broedpopulatie.
Bovendien zijn de vogels gebonden aan kwetsbaar biotoop
en broedt meer dan een kwart van de Noordwesteuropese populatie in ons land.
Bijna allemaal broeden ze in natuurreservaten.
Toch is dat geen garantie voor hun voortbestaan.
Veel purperreigers zoeken hun voedsel namelijk
in sloten en vaarten in het omringende agrarisch gebied.
Het is van belang om te weten, waar dit precies gebeurt.
Deze sloten zouden natuur-vriendelijk beheerd moeten worden.

Naast deze binnenlandse zaken spelen de omstandigheden
in de winterkwartieren ook een rol bij de afname van de purperreiger.
Jaren met weinig neerslag in West-Afrika worden steevast gevolgd
door teleurstellende aantallen in het erop volgende broedseizoen.
 
 
 


 
 
 
Terug naar:

Home
Vogels
Soort bij soort