De buidelmees heeft een kenmerkend zwart masker dat bij vrouwtje iets kleiner is dan bij het mannetje.
Verder is de kop witachtig en zijn de vleugeldekveren kastanjebruin.
Slagpennen en staart zijn zwart-wit.
Het vrouwtje is wat bleker van kleur dat het mannetje.
Dit zeldzaam voorkomende vogeltje is gebonden aan moerassen met wilgen en berken.
Tijdens zijn zoektocht naar voedsel buitelt hij aan dunne twijgen.
Het voesel bestaat in de zomer uit insecten en spinnen, in de winter uit zaadjes.
Vanaf april wordt er een groot, buidelvormig nest gebouwd,
dat aan boven water hangende takken bevestigd wordt.
Hierin komen de 6 – 8 eieren te liggen.
Deze komen na 12 – 15 dagen broeden uit waarna de jongen
nog 15 – 20 dagen in het nest blijven.
Per seizoen worden er 2 legsels grootgebracht.
Vanaf april tot oktober is de buidelmees bij ons te zien,
de winter wordt in zuidelijker streken doorgebracht.
Terug naar:
