Paring bij vogelspinnen
Geslachtsbepaling:
Als het dier volwassen is, is het niet zo moeilijk om het geslacht te bepalen, het
eerste potenpaar van de mannetjes is veel langer geworden en vaak voorzien van
tibiaalhaken (een doornachtig uitsteeksel). Bij Afrikaanse en Aziatische soorten zijn deze haken afwezig. Bij Avicularia
zijn die bijna onzichtbaar door de lange haren.
De tasterpoten van het mannetje zijn uitgerust met de copulatieorganen (de emboli) aan ieder uiteinde.
Het wijfje krijgt in het midden van het achterlijf, tussen het eerste paar
boeklongen, de genetiale opening of spermatheek. Deze is een 'huidflap' die bij volwassen exemplaren lichtjes open staat.
Als de dieren op het glas zitten, kun je meestal wel het geslacht zien. Althans bij halfwas en volwassen exemplaren. Een
andere mogelijkheid is om in de oude huid van een pas verveld exemplaar te kijken. De huid moet nog flexibel zijn,
dan kun je de spermatheek zien (als het een vrouwtje is).
Hier zie je de spermatheek van een Theraphosa blondi als een omgeplooide huidflap tussen de witte boeklongen.
De paring...
Een geslachtsrijp mannetje (en soms ook vrouwtjes) trommelt met zijn poten om aan te geven dat ze paringsbereid zijn.
Het mannetje benadert het vrouwtje voorzichtig. Het trommelen blijft duren.
Als het mannetje bij het vrouwtje gekomen is, probeert hij met zijn tibiaalhaken de kaken van het vrouwtje te vergrendelen. De twee dieren gaan ietwat rechtop staan.
Dan komt hij onder het vrouwtje en brengt zijn bulbussen naar haar geslachtsopening.
Dit alles in het ideale geval. Vaak gebeurt het ook dat het vrouwtje het mannetje aanvalt voor hij zijn daad verricht heeft. Het is best om te observeren wat er gebeurt en in te grijpen indien nodig.
Het is best dat het vrouwtje goed doorvoed is, misschien heeft ze dan minder zin om het mannetje op t eten...
Cocon
Na een aantal weken begint het vrouwtje een cocon te spinnen. Dit gebeurt meestal op een beschutte plaats. In deze cocon worden de eieren gelegd.
Het vrouwtje zorgt er voor dat de cocon op de geschikte plaats is. Ze draagt hem bij zich en eet niet tijdens deze periode.
Als de cocon te vochtig ligt, dan beschimmelen de eiren. Is het te droog, dan drogen ze uit.
Na een viertal weken zijn de eieren in de cocon uitgekomen. De diertjes zijn nu nymphen 1 (zie 'Opkweek'). Na nog enkele weken vervellen ze naar nymphen 2. Nog enkele weken later vervellen de nymphen naar spiderling en komen ze uit de cocon.
Eenmaal uit de cocon, lopen ze het hele terrarium in. Moeder spin heeft geen broedzorg meer, en kan ze opeten. De spinnetjes eten elkaar ook op. Het is dus best om de cocon weg te halen als de spinnetjes nog nymphen 2 zijn, voor de vervelling naar spiderling. Het ideale tijdstip voor het weghalen varieert tussen 6 en 8 weken.
Het gebeurt ook dat de kleine spinnetjes elkaar verdragen. Als ze als spiderling al bij elkaar zitten, dan kunnen ze soms samen grootgebracht worden. Bij sommige soorten gaat dit beter, zoals bij Poecilotheria.
