Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Het ABC is samengesteld door technisch medewerker van Formule 1 Henk Wagenaar Hummelinck.

A

AANDRIJFAS
Een Formule 1-bolide heeft twee aandrijfassen, die vanaf het differentieel in het 'midden' van de achteras naar de beide aangedreven wielen lopen. Daarlangs wordt het vermogen vanaf de motor naar de wielen doorgegeven.

ABORT BUTTON
'To abort' betekent: (een proces) afbreken. In dit geval betreft het de startprocedure. De abort button is een knop op het bedieningspaneel van het automatische startlichtsysteem. Hiermee kan de Starter de start van de race afbreken, wanneer de motor van een klaar-voor-de-start-staande bolide afslaat.

ABS
ABS is de afkorting van antiblokkeersysteem. Dat is in de Formule 1 verboden.

ACCELERATIE
Een Formule 1-bolide acceleert zes tot tien maal zo snel als een gewone auto. Zo gaat de acceleratie van 0-100 km/h in ongeveer 2 seconden, 0-160 km/h in 3,5 seconden en 0-250 km/h in minder dan 6 seconden. 0-160-0 km/h (dus accelereren van 0 naar 160 km/h en dan weer afremmen naar 0 km/h) duurt 6,5 seconde. De kilometer met staande start wordt afgelegd in 12 seconden.

ACCIDENT-DATA RECORDER
Een accident-data recorder is, letterlijk vertaald, een apparaat dat gegevens betreffende ongevallen registreert. Net als vliegtuigen zijn tegenwoordig ook Formule 1-bolides daarvan voorzien. Deze elektronische zwarte doos is opgeborgen onder de stoel van de coureur. Het apparaat is zo sterk dat het ieder ongeluk, hoe zwaar ook, ongeschonden kan doorstaan. Met behulp hiervan kan later door specialisten van de FIA worden vastgesteld wat de oorzaak van een ongeluk was - en wat kan worden gedaan om herhaling te voorkomen.

ACCLIMATISATION SESSION
Acclimatiseren betekent: ergens aan wennen. Indien het na een tot dan toe droog race-weekend op zondagmorgen tussen de warm-up en de race ineens begint te regenen, kan de organisatie eventueel een acclimasisation session (oftwel gewenningstraining) inlassen. Daarin krijgen de teams een extra gelegenheid om de set-up van hun bolides aan de veranderde weersomstandigheden aan te passen.

ACCU
Accumuleren is opeenhopen. Een accu bewaart chemische energie, die in de vorm van electrische stroom door een dynamo wordt toegevoerd. Hoewel de capaciteit van de accu onvoldoende is om bijvoorbeeld een tijdens de race afgeslagen motor op eigen houtje te kunnen starten, is hij wel in staat om de auto gedurende een paar uur van electrische stroom te voorzien.

ACHTERAS
Achteras is een uit de vroege autohistorie afkomstige uitdrukking voor alles wat nodig is om de achterwielen te kunnen laten functioneren. Onder de noemer 'achteras' vallen de eindoverbrenging, het differentieel, de achterwielophanging, de aandrijfassen en de achterwielen zelf.

ACHTERLICHT
Een Formule 1-bolide moet zijn voorzien van een rood achterlicht, dat zich op een exact door de FIA omschreven positie achterop de auto bevindt. Dit achterlicht moet worden aangezet onder weersomstandigheden met slecht zicht. Om meningsverschillen over het gebruik ervan te voorkomen, is bepaald dat het achterlicht altijd moet branden wanneer de auto op natweerbanden rijdt. Sinds 1974 moet het achterlicht uit veiligheidsoverwegingen door de rijder vanuit de cockpit kunnen worden aangezet.

ACHTERUITKIJKSPIEGEL
De afmetingen en positie van de achteruitkijkspiegels zijn exact in de Formula One Technical Regulations van de FIA vastgelegd. De voorgeschreven hoogte van een achteruitkijkspiegel bedraagt 5 centimeter, de breedte werd sinds 1998 vergroot van 10 naar 12 centimeter.

ACHTERUITVERSNELLING
De versnellingsbak van een Formule 1-bolide moet een achteruitversnelling hebben, die bij lopende motor vanuit de auto moet kunnen worden bediend.

ACHTERVLEUGEL
Een Formule 1-bolide heeft een achtervleugel (of rear wing) nodig om de nodige neerwaartse kracht op de achterwielen te genereren. Deze bestaat uit twee rear-wing end plates met daar tussenin soms meer dan 10 dwarselementen. De maximaal toegestane breedte van een achtervleugel is 100 centimeter, de maximale toegestane hoogte (gemeten vanaf de reference plane) 80 centimeter.
Voor 2001 bestaan er plannen om de effectiviteit van de achtervleugel te beperken door nog slechts vier dwarse elementen toe te staan: drie bovenaan en één onderaan.

 HISTORIE

De eerste race-auto's met hooggeplaatste vleugels waren sportwagens. In 1956 experimenteerde Porsche met de 550A van de Zwitserse broers Michael en Pierre May en tien jaar later de revolutionaire Chaparral 2E van de Amerikaan Jim Hall. Pas in 1968 verscheen de Lotus 49 als eerste Formule 1-bolide met een soort taartschep op de motorkap. Kort daarop werden de Brabham BT26 en de Ferrari 312 uitgerust met de eerste losstaande achtervleugels. Deze namen vervolgens letterlijk zo'n hoge vlucht, dat ze door de FIA grotendeels werden verboden omdat er te veel ongelukken mee gebeurden.

ACHTERWIEL
Voor achterwielen van Formule 1-bolides gelden de volgende afmetingen:
- maximumdiameter van een compleet wiel: 660mm (26,0inch);
- diameter van een wiel zonder band: 330mm (13,0inch).
De minimum- en maximumbreedte van een compleet achterwiel zijn respectievelijk 365mm (14,4inch) en 380mm (15,0inch).

 HISTORIE

In 1977 en 1982 werden twee zeswielers met links en rechts twee achter elkaar geplaatste achterwielen uitgebracht: de March 2-4-0 en een gemodificeerde versie van de Williams FW08. De beoogde voordelen waren een verbeterde tractie en in mindere mate een betere aërodynamica. Geen van beide auto's is ooit in een race gestart.

ACHTERWIELAANDRIJVING
Achterwielaandrijving wil zeggen, dat de door de motor gegenereerde aandrijfkracht uitsluitend via de achterwielen op de weg wordt overgebracht. Tegenwoordig moéten Formule 1-bolides zijn voorzien van achterwielaandrijving. Vierwielaandrijving is namelijk sinds het begin van de jaren zeventig in de Formule 1 verboden en voorwielaandrijving werd, op één uitzondering na, nooit toegepast.

ACHTERWIELOPHANGING
Het zichtbare gedeelte van de achterwielophanging bestaat per wiel uit twee boven elkaar aangebrachte driehoekige wieldraagarmen, een push rod plus een toe-in tie rod. Een variatie op dit thema is de multi-link-wielophanging. De belangrijkste onzichtbare delen van de achterwielophanging zijn de in-board geplaatste veren en schokdempers. In 1999 hadden de McLaren MP4/14 en de Ferrari F399 achter torsiestaafveren, de andere constructeurs schroefveren.

ACTIEVE VEILIGHEID
Onder actieve veiligheid vallen, in tegenstelling tot passieve veiligheid, alle veiligheidsmaatregelen die tot doel hebben om een ongeluk te voorkomen. In tegenstelling tot gewone auto's kennen Formule 1-bolides weinig actieve veiligheid, omdat die voorzieningen meestal gelden als driver aid (verboden sinds 1994). Enkele voorbeelden daarvan zijn ABS, actieve wielophanging en tractiecontrole.

ACTIEVE WIELOPHANGING
Actieve weilophanging (oftewel active wheel suspension) is een vorm van wielophanging die actief, dus buiten de bestuurder om, wordt geregeld. Sensoren in de auto moeten tijdens het rijden voordurend de veranderingen ten opzichte van het wegdek en geven deze informatie door aan een computer. Afhankelijk van het ingevoerde software-programma 'vertaalt' deze computer de binnenkomende minieme electrische stroompjes in een hydraulische taal, aan de hand waarvan de hydraulisch werkende vering en schokdemping wordt geactiveerd. Een hiermee uitgeruste Formule 1-bolide had altijd de op dat moment ideale rijhoogte en lag onder alle omstandigheden zo recht (en zo hard) als een plank op de weg.


 HISTORIE

Actieve wielophanging was al vanaf de eerste pogingen aan het begin van de jaren tachtig een 'hot item'. Lotus was in 1982 de eerste constructeur die ermee experimenteerde, zeer tot leedwezen van haar rijders! Hoewel in 1987 zowel de Lotus 99T als de Williams FW11B met actieve wielophanging races wonnen, overtuige het systeem jarenlang niet genoeg om het door te ontwikkelen. Pas in 1992 behaalde Nigel Mansell in een 'actieve' Williams FW14B de wereldtitel. Sinds 1994 is de 'actieve wielophanging' verboden, omdat het wordt beschouwd als een driver aid.

ADVISORY EXPERT GROUP
Advisory Expert Group (of FIA Advisory Expert Group) staat voor een groep experts die adviezen aan de FIA verstrekt. Deze specialisten (waaronder Medical Delegate Sid Watkins) onderzoeken de wijze waarop wetenschappelijke research zou moeten worden verricht ten aanzien van veiligheidsvraagstukken.

AERO BITS
Aero bits is een afkorting van aerodynamic bits. Dat zijn op de auto aangebrachte 'stukjes aërodynamica', onderdelen die niet vast aan de monocoque zijn bevestigd. Dit zijn voornamelijk de voorvleugel, de barge boards, de side pods en de achtervleugel.

AERODYNAMISCHE GRIP
De grip kan worden vergroot met behulp van aërodynamische en mechanische middelen. Het eerste betreft aërodynamische grip, waarbij gebruik wordt gemaakt van de invloed van de rijwind. Moderne Formule 1-bolides beschikken over veel 'aerodynamic grip', waaruit neerwaartse kracht kan worden gegenereerd. Daarvoor zijn voornamelijk de voorvleugel, de achtervleugel, de underbody en de diffuser verantwoordelijk. Voor 2001 bestaan plannen om door middel van een aantal reglementswijzigingen de aërodynamische grip te verminderen ten bate van de mechanische grip.

AERODYNAMICA
Aërodynamica (in het Engels aerodynamics) heeft betrekking op wat er gebeurt wanneer lucht (of eventueel een gas) in beweging is. In de autosport gaat het natuurlijk om rijwind. De invloed daarvan kan voor een Formule 1-auto tegelijk ongunstig en gunstig uitpakken. Ongunstig is dat de auto tegen die rijwind op moet tornen om vooruit te komen, hetgeen de motor zeer veel vermogen kost. Hierin speelt de luchtweerstandscoëfficiënt een belangrijke rol. Gunstig daarentegen is, dat (zolang er voldoende vermogen beschikbaar is om de auto voort te bewegen) diezelfde rijwind kan worden benut om neerwaartse kracht te genereren. Die is namelijk nodig voor een goede wegligging.

AFBREKING VAN EEN RACE
De Clerk of the Course kan besluiten tot afbreking van een race, indien de baan door ongelukken is geblokkeerd of indien weersomstandigheden daartoe aanleiding geven. Dat doet hij door zowel bij start/finish als bij alle baanposten de rode vlag uit te laten hangen en bovendien het startlichtsysteem bij start/finish in werking te stellen. Er is bepaald dat het tussenklassement zal worden opgemaakt aan de hand van de stand aan het eind van de ronde vóórdat er wordt afgebroken. Indien een race wordt afgebroken vóór er twee ronden zijn afgelegd, wordt er volledig opnieuw gestart. Ook uitgevallen coureurs mogen dan aan de herstart deelnemen.

 HISTORIE

Voordien werd een eenmaal gestarte race altijd tot het einde toe verreden (afgezien van een minder belangrijke Formule 1-race in 1951). Dat leidde soms tot bizarre situaties, waarbij de hulpverlening aan verongelukte coureurs zwaar werd belemmerd doordat de race gewoon verder ging. De Grand Prix van Engeland 1973 was de eerste grote race die ooit werd afgebroken. Dat kon ook niet anders, want toen was de baan na een grote crash volledig versperd. Toen men eenmaal had ingezien dat het voor een adequate hulpverlening veel beter was om de race tijdelijk stil te leggen, werd deze handelswijze allengs geaccepteerd. Doordat sinds 1993 de Safety Car in de Formule 1 een race kan neutraliseren, wordt er slechts zelden een race afgebroken. De Grand Prix van Canada in 1997 was de laatste, nadat Olivier Panis een ongeluk had gehad.

AFBREKING VAN EEN START
Na beëindiging van de opwarmronde nemen de rijders hun plaats op de startopstelling in. Bij iedere auto staat iemand met een gele vlag klaar. De procedure betreffende de afbreking van de start verloopt als volgt:
Mogelijkheid 1. Indien bij een auto enkele seconden vóór de daadwerkelijke start de motor afslaat, heft de rijder onmiddellijk beide handen boven zijn hoofd en zwaait de betreffende marshal met zijn gele vlag. De start drukt dan op de abort button, waarna de (in 1997 aan het startlichtsysteem toegevoegde) rij oranje lichten gaat knipperen. Alle motoren worden afgezet en de normale startprocedure wordt hervat. Na twee minuten volgt het 3-minuten-signaal. Omdat er een extra 'formation lap' moet worden gereden, wordt de race-afstand met één ronde ingekort.
Mogelijkheid 2. Indien er geen tijd meer is om de start af te breken, zwaaien alle aan de kant staande 'marshals' hun gele vlaggen om de overige rijders voor het gevaar te waarschuwen. Indien de gestrande rijder, hetzij op de baan, hetzij in de pit, zijn motor toch weet te starten, mag hij alsnog aan de race deelnemen.

AIR BOX
De air box is de zorgvuldig gestroomlijnde, van koolstofvezel gemaakte motorkap. De extra functie van de 'air box' zit opgesloten in de Engelstalige benaming, die letterlijk betekent: luchtkast. Via de luchtinlaatopening boven het hoofd van de rijder wordt namelijk rijwind opgevangen en als inlaatlucht naar de motor gevoerd. Overigens verooraakt het feit dat de rijwind op grote snelheid door de 'air box' wordt opgevangen, een natuurlijke (en dus legale) vorm van drukvulling van circa 0,02 bar: dat is altijd nog goed voor zo'n 10 paardekrachten vermogenswinst.

 HISTORIE

De eerste 'air box' in de Formule 1 dateert uit 1971. Toen deze qua omvang groteske vormen begon aan te nemen (met als onbetwiste 'kampioen' de Ligier JS5), werd op hoogte vanaf 1976 begrensd tot maximaal 85 centimeter boven het laagste punt van de afgeveerde massa van de auto.

AIR GUN
Air gun betekent, behalve luchtbuks of verfspuit, ook pneumatische wielsleutel. Ook de monteur die tijdens een bandenwissel met een pneumatische wielsleutel 'zijn' wiel te lijf moet gaan, wordt air gun genoemd. Zijn specifieke taak: naar voren stappen zodra de auto stilstaat, de centrale wielmoer losdraaien, de wheel-off en de wheel-on monteurs tijdens hun werk niet in de weg zitten, de centrale wielmoer vastdraaien en zijn hand opsteken zodra hij daarmee klaar is.

ALUMINIUM
Circa 63 procent van de motor bestaat uit aluminium, of liever gezegd uit een aluminiumlegering. Vitale 'aluminium' motoronderdelen zijn cilinderkoppen en zuigers. Een aluminiumlegering is een stof, die is samengesteld uit verschillende soorten metaal met aluminium als belangrijkste bestanddeel. 100% aluminium is namelijk veel te zacht voor praktisch gebruik.

ANTI ROLL-BAR
Een anti-rollbar is een stang, die een stijve verbinding tussen beide voorwielen of achterwielen vormt en het rollen van de carrosserie om de lengte-as van de auto tegengaat.

APEX
Oorspronkelijk is apex het Latijnse woord voor toppunt. In de autosport gaat het om het punt waar het 'de bocht ingaan' verandert in 'de bocht uitgaan'. Hier raakt de op de ideale lijn rijdende coureur met zijn 'binnenste' voorwiel de curbstones even aan. Dit punt heet ook wel het clipping point. Hoe korter de bocht, des te verder ligt de 'apex' voorbij het midden van de bocht.

AQUAPLANING
Een auto heeft op een nat wegdek last van aquaplaning, wanneer de wielen óver in plaats van dóór de op de weg liggende waterfilm rollen. Dat gebeurt wanneer het bandenprofiel ontoereikend is om ter plaatse het regenwater te doorklieven. In dat geval is dat wiel het wegcontact kwijt en kan er dus niet meer worden geremd of gestuurd. En: hoe breder de band, des te groter de kans op aquaplaning.

AS
As is een uit de vroege autohistorie afkomstige uitdrukking voor alles wat nodig is voor het laten functioneren van de voorwielen respectievelijk achterwielen. De vooras en de achteras zijn dus allang niet meer echte assen.

ATMOSFERISCHE MOTOR
Een atmosferische motor (in het Engels 'normally aspirated engine') is een motor, waarbij de inlaatlucht onder (iets lagere dan) atmosferische druk vanuit de buitenlucht naar binnen wordt gezogen. Die zuigende werking is het gevolg van de volumevergroting (en dus drukverlaging), die in de verbrandingsruimte plaatsvindt wanneer de zuiger omlaag gaat.

 HISTORIE

Tot en met 1951 werd vaak een mechanische compressor gebruikt om de inlaatlucht onder een bepaalde overdruk naar binnen te 'drukken' (vandaar: drukvulling). Immers: meer inlaatlucht betekent meer brandstofluchtmengsel en dus ook meer vermogen. In 1977 kwam Renault op het idee om voor dit doel een uitlaatgasturbo te gebruiken. Turbomotoren werden met ingang van 1989 verboden. Sinds die tijd zijn alle Formule 1-motoren 'atmosferisch'.

AUTOCLAAFOVEN
Bij een van koolstofvezel gemaakte monocoque worden de koolstofvezelplaten niet aan elkaar gelast, maar in een enorme autoclaafoven aan elkaar 'gebakken'. Autoclaaf wil zeggen, dat de oven onder zeer hoge druk tot circa 350 °C wordt verhit. Zo'n apparaat moet dus zwaar gebouwd zijn en kost miljoenen euro's. Tijdens deze procedure wordt de koolstof keihard, waardoor de monocoque stijf wordt en bij ongevallen de rijder kan beschermen.

copyrighted by Formule 1