LECIONO 1

 

JASPER PAROLAS

"Saluto!

Me nomesas Jasper.

Me lojas en Rotterdam, e me laboras en Leiden.

Me lojas en mikra, moderna domo.

Me laboras en granda, anciena kontoro.

Me prizas vino e muziko.

Me adoras bela mulieri, specale se li esas anke richa.

Me havas nova automobilo. Ol esas mikra, reda e rapida.

Mea familio esas sat granda.

Me ipsa esas celiba.

Me havas du fratini. Li nomesas Mieke ed Anja.

Anja esas mariajita.

Me havas un fratulo. Il nomesas Bert.

Bert laboras en Zaandam.

Me anke havas matro.

Mea matro esas richa. El havas multa pekunio.

Me ipsa esas ofte povra. Me ofte havas nula pekunio.

Me ne havas patro. Il esas mortinta.

Me iras nun.

Til rivido!"

JASPER SPREEKT

"Hallo!

Ik heet Jasper.

Ik woon in Rotterdam, en ik werk in Leiden.

Ik woon in een klein, modern huis.

Ik werk in een groot, oud kantoor.

Ik hou van wijn en muziek.

Ik aanbid mooie vrouwen, vooral als ze ook rijk zijn.

Ik heb een nieuwe auto. Hij is klein, rood en snel.

Mijn familie is groot genoeg.

Ikzelf ben vrijgezel.

Ik heb twee zusters. Ze heten Mieke en Anja.

Anja is getrouwd.

Ik heb één broer. Hij heet Bert.

Bert werkt in Zaandam.

Ik heb ook een moeder.

Mijn moeder is rijk. Ze heeft veel geld.

Ikzelf ben vaak arm. Ik heb vaak geen geld.

Ik heb geen vader. Hij is dood.

Ik ga nu.

Tot ziens!"

Gramatiko - Grammatica

1. Groeten

Saluto is een informele groet die 'Hoi!' of 'Hallo!' betekent.

Til rivido betekent 'Tot ziens!'

2. Persoonlijke voornaamwoorden

Me is het Ido-woord voor ik (of me), bijv.: Me lojas - ik woon.

De andere persoonlijke voornaamwoorden die gebruikt zijn in de les zijn: il - hij (of hem), el - zij (ze), ol - het, li - zij (of hun).

3. Werkwoorden

Alle werkwoorden (woorden die actie of handeling aanduiden) in het Ido eindigen in de tegenwoordige tijd op -as. Deze uitgang is onveranderlijk en wordt gebruikt bij zowel het zelfstandig naamwoord als voornaamwoorden, enkelvoud of meervoud, bijv.:

me nomesas - ik heet il havas - hij heeft

me lojas - ik woon el havas - zij heeft

me laboras - ik werk li havas - zij hebben

me esas - ik ben ol esas - het is

mea matro prizas - mijn moeder houdt van me iras - ik ga

4. Tegenwoordige tijd

Het Nederlands heeft verschillende tegenwoordige tijden, bijv.: ik ga, ik ben aan het gaan of: hij sterft, hij is stervende, hij is aan het sterven, etc. De betekenis van al deze tijden is hetzelfde, zij kunnen allebei in het Ido worden vertaald door één tegenwoordige tijd, bijv.: Me iras. (Subtielere vertalingen zijn mogelijk in het Ido, maar deze worden later behandeld.) Hier zijn enkele voorbeelden:

me laboras - ik werk, ik ben werkende, ik ben aan het werk

el laboras - zij werkt, zij is werkende, zij is aan het werk

il drinkas - hij drinkt, hij is drinkende, hij is aan het drinken

5. zelfstandige naamwoorden in enkelvoud

Een zelfstandig naamwoord enkelvoud eindigt op - o, bijv.:

domo - huis, pekunio - geld, viro - man, damo - dame

6. Onbepaalde lidwoord

In het Ido is er geen onbepaald lidwoord (zoals in het Nederlands een).

domo is dus huis of een huis

automobilo is auto of een auto

pomo is appel of een appel.

7. Zelfstandige naamwoorden in meervoud

Het meervoud van zelfstandige naamwoorden wordt verkregen door de uitgang -o te veranderen in -i:

kato - kat kati - katten

domo - huis domi - huizen

muliero - vrouw mulieri - vrouwen

buxo - doos, bus buxi - dozen, bussen

8. Geslacht

Een grammaticaal geslacht bestaat niet in het Ido, zoals in Nederlands de of het. Daarom zal dit geen moeilijkheden opleveren.

9. Bepaalde lidwoorden

In het Ido is het bepaalde lidwoord la, en wordt gebruikt voor zowel enkelvoud als meervoud, ongeacht het geslacht, bijv.:

la kato - de kat la mulieri - de vrouwen

la kati - de katten la edifico - het gebouw

la mikra domo - het kleine huis la viro - de man

10. Bijvoeglijke naamwoorden

Bijvoeglijke naamwoorden eindigen op -a, en mogen zowel vóór als achter het zelfstandig naamwoord geplaatst worden. Zowel mikra domo als domo mikra is correct voor een klein huis. In praktijk neigen idisten ernaar het kortste woord voor het langste woord te plaatsen.

11. En

In het Ido hebben zich twee woordjes voor en ontwikkeld, ed en een kortere versie e. De meeste idisten gebruiken e vóór woorden die beginnen met een medeklinker, bijv.:

autobusi e treni - autobussen en treinen

en ed vóór woorden die beginnen met een klinker, bijv.:

treni ed autobusi - treinen en autobussen

Officieel bepaalt de eufonie welke vorm van het woord wordt gebruikt. Aangezien eufonie een persoonlijke kwestie is, is elke idist in feite vrij om ed of e te gebruiken naar keuze.

12. Ontkenning

Niet in het Ido is ne, dit wordt altijd vóór het werkwoord geplaatst, bijv.:

me esas - ik ben me ne esas - ik ben niet

il havas - hij heeft il ne havas - hij heeft niet

Jasper manjas- Jasper eet Jasper ne manjas - Jasper eet niet

me prizas kati - ik hou van katten me ne prizas kati - ik hou niet van katten

(het gebruik van ne zal verder worden behandeld in les 2)

13. Geen

Nula is de bijvoeglijke vorm van no, bijv.: nula pano - geen brood, nula hundi - geen honden. Het is makkelijker nula te vertalen als 'geen enkele'. Als we willen zeggen: 'ik heb geen...' of 'ik zie geen...' dan wordt 'geen' vertaald door ne voor het werkwoord te plaatsen.

(Nee, het tegenovergestelde van ja is no in het Ido.)

14. Vortifado (woordvorming)

Een van de belangrijkste eigenschappen van het Ido is de mogelijkheid om woorden te creëren door het gebruik van achtervoegsels. Het aantal basisstamwoorden in het Ido die geleerd moeten worden, zijn tot een minimum beperkt; zowel beginners als ervaren idisten kunnen nieuwe woorden verzinnen om ideeën en gradaties in betekenis uit te drukken; nieuwe woorden samengesteld door een stamwoord met achtervoegsels worden onmiddellijk begrepen door de toehoorders en lezers indien zij dit woord nog niet kennen.

Vortifado - 1

-ey- geeft een plaats aan bestemd voor een voorwerp of handeling, bijv.:

dormar (slapen) dormeyo - slaapplaats

koquar (koken) koqueyo - keuken

ludar (spelen) ludeyo - speelruimte

tendo (tent) tendeyo - camping

garar (stallen) gareyo - stalruimte

kunveno -samenkomst kunveneyo - plaats van samenkomst

Vortifado - 2

des- is een voorvoegsel dat het tegenovergestelde van een woord aangeeft - zeer handig voor beginners! - bijv.:

honesta (eerlijk) des-honesta - oneerlijk

aparar (verschijnen) desaparar - verdwijnen

vestizar (aankleden) desvestizar - uitkleden

granda (groot) desgranda - klein (of mikra - klein)

Vortaro (woordenlijst - 1)

me prizas - ik hou van me odias - ik haat me nomesas - ik heet

me lernas - ik leer me havas - ik heb me esas - ik ben

me parolas - ik praat me timas - ik ben bang (voor) il esas - hij is

me laboras - ik werk me drinkas - ik drink el esas - zij is

Vortaro -2

aardappel - ter-pomo

acht (8) - ok

al - ja

appartement - apartamento

arm - (niet rijk) povra; (lichaamsdeel) brakio

auto(mobiel) - automobilo

baby - bebeo

beetje - poka

bier - biro

blauw - blua

blauwe ogen - okuli blua

breed - larja

broer - fratulo

brood - pano

bruin - bruna

chocolade - chokolado

de - la

dik - (persoon) grosa; (materiaal) dika

dochter - filiino

dorp - vilajo

drie - tri

Duits (het) - la Germana

dun - (persoon) tenua; (materiaal) dina

echtgeno(o)t(e) - spozo

echtgenoot - spozulo

echtgenote - spozino

een - (zie punt 6)

een (1) - un

eerlijk - honesta

en - ed, e (zie punt 11)

Engels (het) - la Angla

erg - tre

fabriek - fabrikerio

fiets - biciklo

film - filmo

flat - apartamento

Frans (het) - la Franca

Friesland - Frizia

geen - nula (zie punt 13)

geld - pekunio

genoeg - sat multa

getrouwd - mariajita

gezond - sana

groot - granda

grootmoeder - avino

grootouder - avo

grootvader - avulo

gul - jeneroza

haar - hari (let op de meervouds -i)

hebben - havar

het - (lidwoord) la; (persoonlijk voornw.) olu, ol

hij - il

hond - hundo

huis - domo

ijsje - glaciajo

in - en

jong - yuna

kamer - chambro

kantoor - kontoro

kat - kato

kind - (0-7 jaar) infanto; (8-15) puero; (zoon of dochter) filio

klein - mikra

kleindochter - nepotino

kleinkind - nepoto

kleinzoon - nepotulo

knap (uiterlijk) - bela

koffie - kafeo

kort - kurta

krokodil - krokodilo

lang haar - longa hari

lang - longa; (hoog) alta

leeuw - leono

maar - ma

mager - (vetloos) magra

man - viro

melk - lakto

met (= in gezelschap van) - kun

mijn - mea

modern - moderna

moeder - matro

mooi - bela

muis - muso

muziek - muziko

Nederland - Nederlando

Nederlands (het) - la Nederlandana

nee - no (zie punt 13)

neef (zoon van broer/zus) - nevulo

negen - non

nicht (dochter van broer/zus) nevino

niet - ne (zie punt 12)

nu - nun

onaangenaam - desagreabla

oneerlijk - des-honesta

ongetrouwd - celiba

oog - okulo

op (ergens op) - sur

oud - (levende wezens) olda; (dingen) anciena

ouder - genitoro

platteland - ruro

raam - fenestro

radio(toestel) - radio(aparato)

reeds - ja

rijk - richa

school - skolo

serieus - serioza

slank - tenua

spin - araneo

stad - urbo

stoel - stulo

suiker - sukro

Surinaams (het) - la Surinamana

Suriname - Surinam

tafel - tablo

televisie - televiziono

thee - teo

tien - dek

twee - du

vaak - ofte

vader - patro

vandaag - hodie

veel - multa

vier - quar

vijf - kin

vis - fisho

vlees - karno

vriend(in) - amiko

vrouw - muliero

water - aquo

werk - laboro

wijn - vino

zeldzaam - rara

zelf - ipsa

zes - sis

zeven (7) - sep

ziek - malada

zien - vidar

zij - el

zij (collectief) - li

zoon - filiulo

zus - fratino

zwart - nigra

 

EXERCARO 1

TERUG NAAR IDO-CURSUS