THAI BOXING:
Bij deze stijl maakt men gebruik van alle natuurlijke wapens van het lichaam: vuisten, ellebogen, voeten, scheenbenen en knieėn. Ook werp- en veegtechnieken zijn toegestaan. Het "clinchwerk" (lijf aan lijf gevecht) vormt eveneens een onderdeel van het thaļ-boxen. De vechters mogen elkaar vasthouden zolang er technieken worden uitgevoerd. Bij thaļ-boxing maakt men enorm veel gebruik van het scheenbeen, dit om veelvuldige voetblessures te vermijden. Elleboog- en kniestoten naar het hoofd, de nek en de rug zijn verboden in Europa. De vechters dragen enkel een korte broek. Mondstuk en schelp zijn wettelijk verplicht.
