Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!
Het spelen van hedendaagse blokfluitmuziek


Back to Nuovo NieuwsNuovo Nieuws Back to De BlokfluitDe Blokfluit



Waarom is het spelen van eigentijdse muziek zo belangrijk? Deze vraag wordt mij tijdens de lessen regelmatig gesteld. Voor een goede en vrije vertolking van oude muziek, is naar mijn mening, het spelen van hedendaagse blokfluitmuziek onontbeerlijk. Immers, in de Renaissance en de Barok was het gebruikelijk om muziek rechtstreeks van de componist te betrekken. De composities werden, soms zelf nog nat van de inkt, op de standaard gezet en onder leiding van de componist zelf gespeeld. Dit was de geëigende muziekpraktijk ten tijde van bijvoorbeeld Bach, Telemann of Mozart. Het contact met de componist en zijn muziek was dus veel intensiever dan in onze huidige muziekpraktijk. Door nieuwe technieken te gebruiken en muziek te spelen die nog niet eerder heeft geklonken leert de hedendaagse blokfluitist zijn/haar instrument beter kennen en is daardoor in staat vrijer met het instrument omgaan, hetgeen van belang is om optimaal te kunnen musiceren. Zeker voor improvisaties bij renaissancemuziek, het versieren van langzame delen van een sonate of het spelen van kadenzen in barokmuziek.
Bij jonge kinderen is het aanleren van technieken zoals: Flatterzunge, white noise, meezingen in de fluit, shakuhachi spelen, glissandi enzovoorts - (noodzakelijk voor het kunnen spelen van hedendaagse muziek) niet zo moeilijk. De meeste blokfluitdocenten gebruiken tegenwoordig de prettige, speelse methode "Blokfluitfeest" voor sopraanblokfluit of "Een toontje lager"; een evenzeer bijzonder goede methode voor altblokfluit. In deze methoden wordt al vroeg de basis gelegd voor het spelen van het hedendaagse blokfluitrepertoire. Leerlingen, die zich uitsluitend hebben beziggehouden met blokfluitliteratuur uit de
Renaissance en Barok vallen, bij het bestuderen van hedendaagse blokfluitmuziek, van de ene verbazing in de andere. Men is niet bekend met de nieuwe technieken zoals; Flatterzunge, kwarttonen, glissandi en zelfs meezingen in de fluit. Soms is de omschakeling naar 20e eeuwse muziek te groot voor de leerling (of voor de leraar?) en kiest de docent voor composities van bijvoorbeeld Poser, Staeps, en Jacobi in de hoop dat dit gematigde klankidioom de leerling zal aanspreken. Deze composities zijn vaak zo vervelend en saai dat ettelijke blokfluitleerlingen daardoor afknappen op muziek uit de 20e eeuw.
Zelf kies ik als blokfluitdocent voor "meteen in het diepe springen". Ik bied mijn leerlingen blokfluitmuziek gecomponeerd na ca. 1970 aan. Deze muziek slaat praktisch altijd aan. Men is verrast over de talloos veel nieuwe mogelijkheden die de blokfluit biedt.
Een probleem kan het thuis studeren zijn. Thuis wordt de muziek niet of nauwelijks gewaardeerd. Men ervaart thuis het studeren als gepiep en gekraak, daarbij komt dat men er vast van overtuigd is dat het voor het instrument wel heel slecht zal zijn. De leerling heeft dan ook flink wat doorzettingsvermogen nodig om de muziek, die in eerste instantie alleen over piepen en kraken lijkt te gaan, op waarde te schatten. Soms duurt het een tijdje voordat men de muziek die inhoud kan geven die de componist bedoeld heeft. Juist voor deze jongeren, maar dit geldt natuurlijk ook voor ouderen die thuis moeten verklaren waarom er zo gepiept en gekraakt moet worden, is een docent, die op de hoogte is gebleven van wat er allemaal is gebeurd op blokfluitgebied, van groot belang.
In allerlei beroepsgroepen zijn herscholingscursussen de normaalste zaak van de wereld. Huisartsen, specialisten, programmeurs volgen bijscholingscursussen. Jammer dat beroepsblokfluitisten soms zo slecht op de hoogte zijn van wat er in het vakgebied gaande is. Eigenlijk zou iedere zichzelf respecterende blokfluitist bijscholingscursussen moeten volgen.

De opmerking "ik houd niet van die muziek", neem ik pas serieus als de leerling een aantal hedendaagse composities grondig heeft bestudeerd. Want het is naar mijn mening onmogelijk een muziekwerk te beoordelen zonder er zelf kennis van te hebben genomen. Natuurlijk kan ik me voorstellen dat iedere leerling zijn/haar eigen voorkeur voor een muzikale periode heeft. Maar je al afzetten tegen muziek die je eigenlijk niet eens kent vind ik onterecht.

Voor de leerlingen die nog nooit in aanraking zijn gekomen met hedendaagse muziek, adviseer ik om met het Japanse repertoire voor blokfluit te beginnen. Wanneer je een Telemann sonate aardig kunt spelen moet het spelen van genoemde werken (zie blokfluitliteratuur op pagina 22) met behulp van een goede, enthousiaste en liefst gediplomeerde blokfluitdocent, geen moeilijkheden opleveren.


DINIE GOEDHART


Back to Nuovo NieuwsNuovo Nieuws Back to The recorderThe recorder