Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!

Spastische dysfonie - stemstotteren - onderwerpen ...

Samengesteld door:
  • Karen Schippers ,
  • Eline Schotsmans ,
  • Annelies Segers ,
  • Ine Spanoghe en
  • Melissa Princen

Studenten 2e jaar logopedie & audiologie, Lessius Hogeschool te Antwerpen
Deze website werd gemaakt in opdracht van een cursus stemstoornissen (via een teleleerplatvorm ): "Stemmisbruik en Verkeerd stemgebruik"

Doelgroep? Algemene inleiding
Mogelijke etiologie?
Verschijnselen en diagnose?
Behandeling?
Verdere informatie ... bronnen?

Doelgroep?
Algemene inleiding
  • Deze site is eerst en vooral bedoeld voor mensen met spastische dysfonie. Hier en op de vermelde websites kan u meer nuttige informatie vinden over de oorzaak, de gevolgen en behandeling.
  • Tevens willen we een informatiebron zijn voor studenten en alle andere geïnteresseerden!

Spastische dysfonie, ook wel spasmodische dysfonie genoemd, is een zeldzame, chronische stemstoornis die meestal op volwassen leeftijd ontstaat en waarvan de etiologie (oorsprong) betwist is. Ongeacht de naam heeft spastische dysfonie niets te maken met spasticiteit van de stembanden, daarom wordt deze stemstoornis ook laryngale dystonie genoemd.
Deze stemstoornis wordt gekarakteriseerd door frequente onderbrekingen in de fonatie, staccato-achtige haperingen, toonhoogtebreuken of variaties in toonhoogte. Spreekpogingen worden vergezeld van moeizame en zeer gespannen fonatie.


Mogelijke etiologie?

 

  • Men kan drie types spastische dysfonie onderscheiden:
    • ADductor Spastische Dysfonie (AD-SD-type)
      • Adductor spastische dysfonie ontstaat meestal op middelbare leeftijd (38 tot 43 jaar), maar kan ook voorkomen bij kinderen, soms na een periode van infectueuze ziekte.
      • Patienten met een dysfonie van het AD-SD-type vertonen volgende vocale karakteristieken:
        - moeizame en gespannen fonatie; glottisslagen
        - gaat gepaard met een adductor laryngospasme.
        - vocaalverlengingen
        - gestoorde toonhoogte of toonhoogtebreuken
        Er is hierbij een toename van de symptomen onder stress. Hoesten en lachen zijn normaal.
    • ABductor Spastische Dysfonie (AB-SD-type)
      • De vocale kenmerken zijn:
        - heesheid gepaard met wilde lucht
        - plots optreden van fluisteren of afone momenten, waarbij er een hyperadductie voorkomt van de valse of ware stembanden
        - abrupte fonatiestops die resulteren in afone gefluisterde segmenten
        - daling van het stemvolume
        - problemen met stemloos-stemhebbende foneemovergangen
        Ook hier zijn lachen en hoesten normaal.
    • De gemengde vorm
      • Deze patienten vertonen een quasi normale fonatie maar een fluitende inademing met wisselende intensiteit. Door deze sterke fluitende inademing wordt de spraakverstaanbaarheid verstoord.
  • Eigenlijk is de etiologie van deze stemstoornis duister.
  • Er bestaan verschillende theorieën ;
    1. Psychogene Theorie: de spastische reacties zijn het gevolg van conflicten, onderdrukking van depressie, vrees…
    2. Neurologische Theorie: er kunnen symptomen gevonden worden die wijzen in de richting van een organische pathologie van het centraal of perifeer zenuwstelsel.
    3. Multiple Etiologie: hier wordt aangenomen dat er verschillende oorzaken zijn naargelang het type van spastische dysfonie.
      • Spastische dysfonie van het AD-SD-type zou op een organische pathologie gebaseerd zijn en
      • die van het AB-SD-type zou berusten op een conversiereactie.

        Spastische dysfonie zou vooral gebaseerd zijn op de inwerking van verschillende factoren: de oorzaak en de aanhoudende factoren. Men heeft hier dus te doen met een complexe etiologie.

Verschijnselen - diagnose Meestal wordt de diagnose gesteld op basis van de volgende vijf criteria:
  1. De aanwezigheid van krampachtige stemgeving of intermittente afonie
  2. De afwezigheid van verlammingen of letsels op de stembanden
  3. De afwezigheid van tekenen van een motorische spraakstoornis
  4. De relatief normale fonatie tijdens lachen, zingen en hoesten
  5. De resistentie tegen therapie

Er is een verschil in symptomen tussen de adductor en de abductor spastische dysfonie.

  • De adductor spastische dysfonie is de meest voorkomende soort.
    • De symptomen beginnen geleidelijk, meestal bij volwassenen (40 à 50j) maar ook bij kinderen kan dit voorkomen. Er zijn, afhankelijk van de studie, andere meningen aangaande de frequentie van voorkomen bij mannen versus vrouwen. Hierbij hebben wij een variatie gevonden van respectievelijk 1/1 tot 1/4.
    • In het begin wordt de stem gekenmerkt door heesheid en toonhoogtebreuken die gepaard gaan met larynxkrampen. Later klinkt de stem gespannen, krampachtig en staccato-achtig. De adem wordt hierbij tegen de stijf gesloten glottis gestoten. Dit klinkt als stotteren en wordt daarom ook vaak ‘stemstotteren’ genoemd. De kwaliteit en ernst van deze componenten variëren bij verschillende patiënten.
    • Andere stemkenmerken zijn een lage toonhoogte, verkramping in de keel en het ontwikkelen van secundaire reacties zoals fluisteren, veel wilde lucht tijdens het spreken en inhalerend foneren.
    • Al deze symptomen zijn het meest opvallend wanneer de patiënt tegen andere personen spreekt.
    • Deze vorm van dysfonie wordt vaak geassocieerd met emotionele stress en heeft dikwijls ernstige sociale en emotionele stoornissen tot gevolg.
  • Abductor spastische dysfonie komt heel wat minder frequent voor dan het adductor-type.
    • De stem wordt gekenmerkt door ogenblikken van intermittente afonie en veel wilde lucht. Hierdoor ontstaat een wisseling tussen stemhebbend en stemloos.
    • De stembanden approximeren wel maar abduceren dan plots waardoor er geen trilling kan ontstaan en de wilde lucht toeneemt.
  • De gemengde vorm is moeilijker om te diagnostiseren en wordt gekenmerkt door symptomen van zowel het adductor- als het abductor-type.
  • Bij beide vormen zijn de stembanden in rust normaal.
    • Tijdens fonatie daarentegen wordt het adductor-type gekenmerkt door kramptoestanden op de stembanden valse stembanden.
    • Bij het abductortype is er tijdens de fonatie een verre abductie zichtbaar.

Behandeling? 1.Medisch
  • Een eerste mogelijkheid is het uitvoeren van chirurgie. Hierbij wordt een behandeling toegepast die in 1976 door Dedo is voorgesteld. Het betreft hier het unilateraal doorknippen van de n. recurrens onder algemene anesthesie. Er wordt dan ook ongeveer één centimeter verwijderd om het aan elkaar groeien te voorkomen. Een onmiddellijk gevolg is een minder gespannen ademhaling. Het is dus vanzelfsprekend dat deze behandelingsmethode enkel aangewezen is voor het adductor-type. Toch zouden de resultaten op lang termijn niet zo gunstig zijn. De symptomen blijken vaak te recidiveren en dan in vele gevallen nog erger te zijn dan voor de operatie.
  • Volgens de door ons geraadpleegde literatuur is een inspuiting met botulinum toxin A (Botox) ook een efficiënte behandeling. De injectie heeft tot doel een paralyse te veroorzaken.
    • Bij personen met een adductor spastische dysfonie wordt de injectie in de stembanden en/of in de m. cricoarythenoideus lateralis, unilateraal of bilateraal, gegeven ( zie figuur 1 ).

Figuur 1.

    • Patiënten met een dysfonie van het abductor-type krijgen deze in de m. cricoarythenoideus posterior (zie figuur 2 ). Bij de laatste groep worden de injecties meestal unilateraal gegeven om een adequate luchtweg te garanderen. Uitzonderlijk moet de m. cricothyroideus bij deze patiënten ook ingespoten worden.

Figuur 2.

    • Bij deze behandeling zou 90% van de patiënten met het adductor-type zijn normale stem terugkrijgen. 24 à 48 uur na de injectie heeft de patiënt al minder ademhalings- en slikproblemen. Gedurende de volgende één of twee weken zullen deze symptomen nog blijven bestaan. Er zal gedurende de eerste drie maanden volgend op de injectie ook een terugkeer zijn van de normale stem, zonder ademhalingsmoeilijkheden. De patiënten met een abductor-type of een gemengde vorm zouden in 70% van de gevallen hun normale stem terugkrijgen. Toch dient bij deze en de vorige percentages enige voorzichtigheid geboden. Andere auteurs vermelden nl. dat de stem nooit meer zo zou worden als voor de spastische dysfonie. Indien de spastische stemgeving zich terug zou ontwikkelen, kan een nieuwe injectie gegeven worden. Deze heeft soms meer langdurende effecten.
    • Een Botox-injectie brengt normaal geen complicaties met zich mee, maar mogelijk treden stridor en dysfagie op en blijven gedurende één à twee weken na de injectie aanwezig.

2. Logopedisch

  • Algemeen is de prognose voor deze stemstoornis ongunstig. Vele patienten met deze stoornis zijn therapieresistent.
    Toch verkrijgt men de beste resultaten als stemtherapie gekoppeld wordt aan psychotherapie, maar hier moet de patient wel heel gemotiveerd zijn, want zo’n therapie kan algauw twee tot drie jaar duren.
  • Bij een combinatie met chirurgie zal stemtherapie een verder herstel bevorderen en zal de stem wel aanzienlijk verbeteren.
  • De oefeningen in stemtherapie zijn vooral gericht op het wijzigen van de toonhoogte in de richting van de natuurlijke toonhoogte, op de toename van het volume en de luidheid van de stem en op de stemkwaliteit. In de psychotherapie zal men dan de cognitieve en emotionele reacties aanpakken.

Verdere informatie ... bronnen?
  • Aronson, A., (1980, 1985). Clinical Voice Disorders. An interdisciplinary Approach. New York, Thieme, Inc.
  • Boone, D., (1971). The voice and voice therapy. Englewood Cliffs, Prentice Hall.
  • Dworkin, J. P., Meleca, R. J., (1997), Vocal pathologies: Diagnosis, Treatment, and Case studies. London, Singular Publishing Group. + CD
  • Gates, George A., M. D., (1985), Spastic Dysphonia: State of the art 1984. New York, The Voice foundation.
  • Moore, P., (1971). Organic voice disorders. Englewood-Cliffs, Prentice Hall.
  • Stes, R., (1994). Stemstoornissen: Stemmisbruik en verkeerd stemgebruik. Leuven, Acco.
  • Van De Heyning, P., De Bodt, M., Lambrechts, L., (1997). Het gebruik van botolinum toxine in de behandeling van spasmodische dysfonie. Tijdschrift voor Logopedie: tweemaandelijks – jaargang 10 – nr. 14 – augustus 1997