Site hosted by Angelfire.com: Build your free website today!
HET SYNDROOM VAN GILLES DE LA TOURETTE

Een greep uit de symptomen van Tourette.



Tourette is bij geen twee personen gelijk. Nooit zal men dus alle symptomen kunnen opsommen.
Toch willen we hier een greep doen uit een aantal reeds vastgestelde verschijnselen.
Sommige hiervan zijn zo bizar dat men ze zelfs na een diagnose niet associeert met T.S. Het gevolg is dat kinderen soms toch nog gestraft worden voor hun Tourette gewoon omdat de omgeving geen flauw benul heeft dat het hier om typisch T.S.-gedrag gaat. Ook volwassenen worden door hun partner of familie vaak niet begrepen omdat men niet direct het verband ziet tussen T.S. en bepaalde 'rare gewoonten'.
Alhoewel U of uw kind waarschijnlijk weer heel andere tics heeft dan welke hierna volgen willen we U toch aan het denken zetten.
Wanneer U zich weer eens ergert aan een bepaald gedrag van uw familielid met Tourette, vraag U dan toch af of het hier niet om een tic of dwanghandeling gaat.

Vocale tics.
Steeds een bepaald woord moeten herhalen omdat het zo 'goed' klinkt (de hele dag door, soms dagen achtereen, vb. paddenstoel, paddenstoel, padde......).
Voortdurend praten, anderen steeds in de rede vallen en onderbreken.
Praten met vervormde stem (hoog, laag,...).
Spuwen, neus luidruchtig optrekken (snuit je neus wordt er gezegd), luidruchtig ademen (hijgen), neuriën of fluiten op ongewenste momenten, 'boeren' laten.
Ongepaste lachbuien.

Motorische tics.
Nagelbijten, op duim of vingers zuigen, soms tot bloedens toe.
Haren uittrekken.
Zichzelf pitsen, krabben, in het gelaat of in de maag slaan.
Steeds slikbewegingen maken.
Allerlei spieren aanspannen en loslaten.

Complexe tics en OCD (dwangedachten en -handelingen).
Wat je juist verboden is net nog eens moeten doen.
Problemen met kleding: broek zit nooit goed (te los, te vast, ze prikt etc.).
Veters zijn nooit goed geknoopt: te los, te strak.
Sokken moeten precies even hoog opgetrokken zijn.
Anderen teveel aanraken, vb. op de armen tikken, op achterwerk slaan (soms heel hard).
Aan dingen likken: voorwerpen, anderen, zichzelf, handen of muren.
Voorwerpen kussen: muren, deuren, enz...of eigen handen en armen of anderen.
Neiging hebben om kostbare voorwerpen te breken of te laten vallen.
Aan alles en iedereen moeten ruiken.
Geen papier willen aanraken (reeds griezelen bij het zicht ervan), kan uitgebreid worden tot alles: hout, steen, stoffen.
Geen water of zeep kunnen verdragen aan de handen (handen 'voelen' dan niet goed: te droog of te glad enz.).
Sprongetjes maken of pirouettes.
Mankend lopen.
Zin hebben om de deur te openen van de rijdende auto waar men in zit.
Achterdocht: denken dat iedereen met je lacht of naar je kijkt of over jou aan het praten is.
Vulgair taalgebruik, eventueel zonder coprolalie (vloeken). Bv.: voeten = poten, handen = pikkels, vrouwen = wijven, gezicht = bakkes; terwijl men helemaal niet zo opgevoed is.
Het glas waaruit men drinkt met de hand stukknijpen (met eventueel verwondingen tot gevolg).
Altijd in de zon moeten kijken.
Huisdieren plagen en steeds moeten aanraken alhoewel men van ze houdt.

Sensorische tics.
Een gevoel van warmte, koude, zwaarte, lichtheid, prikkeling of branderigheid in gewrichten, beenderen of spieren.
Gedachtenspelletjes. Trachten om de zin die men uitspreekt symmetrisch of ritmisch te krijgen, of wanneer men leest, tussen elk woord even tot vijf moeten tellen ( in stilte ) - dit leidt tot haperend lezen en geeft de indruk dat er een leesprobleem is. Met vuur spelen ( lucifers, aansteker, kookplaat ) op een gevaarlijke manier.
Alles hardop zeggen wat men toevallig opmerkt bij het autorijden, fietsen, of wandelen: reclameborden, namen van winkels, flarden van de radio die aanstaat ( binnensmonds of luid ) Vb. Siemens ..., Heineken ..., brood en banket ..., Quick ..., Clouseau ... .
Op bepaald voedsel niet kunnen kauwen ( de textuur voelt niet goed: te zacht, te hard enz. ) of de kleur is fout vb. niets willen eten dat geel is. Wat men de vorige dag nog lekker vond plots niet meer willen eten.
Steeds op dezelfde plaats willen zitten aan tafel of in de zetel. Niet kunnen beginnen aan een taak, 10 maal moeten opstaan om even iets anders te doen vooraleer men kan starten. Niet kunnen stoppen met een activiteit.
Rituelen: te lang handen wassen, eindeloos de haren kammen.
In een glas bijten (er een stuk bijten).
Aan stopkontakten likken.
Voorwerpen een aantal maal op de grond moeten laten vallen ( potlood, boek, enz. ) lijkt op onhandigheid of moedwil maar is enkel een dwanghandeling.
Vingers laten kraken, tenen op een bepaalde manier laten bewegen.
Hikken. Blazen (op eigen handen, voorwerpen, anderen, enz.)
De kamer slechts kunnen verlaten volgens een bepaald ritueel, vb. met drie grote passen tot aan de deur en dan twee maal de deurpost aanraken. En moeten herbeginnen wanneer dit niet lukt.
Steeds de billen toeknijpen.
Tandenknarsen of tanden toeklappen tot er zelfs stukjes van de tanden springen.
Ogen even sluiten wanneer men fiets of auto rijdt.
Op alles te hard drukken, vb. potloodpunt breekt voortdurend, bij het gommen scheurt het papier ( beter met een bic laten schrijven en fouten tussen haakjes zetten ).
Klotsen met de maag.
Ogen: opensperren, staren, scheel kijken, ogen naar buiten wegdraaien, een denkbeeldig kruis in de lucht maken met de ogen.
Bril: Moet perfect verdeeld op de neus zitten, de hele dag door wordt dit gecorrigeerd.
Mond steeds afvegen aan de mouw, waardoor mouwen nat worden en de mond geirriteerd.
Met de hand over een denkbeeldige grenslijn in de lucht moeten gaan.
Plots een arm of been uitstrekken waardoor anderen vaak schrikken.
Steeds de grond moeten aanraken ( enkele passen stappen, dan bukken, dan weer enkele passen enz. )
Twee stappen vooruit en een achteruit gaan.

NOOT: Zoals U weet is deze lijst eindeloos. Elk individu is uniek en heeft zijn persoonlijke tics en rituelen.

Home
Vragen en Antwoorden
Het verhaal van Dries
Documentatie, boeken en video's
Het discussie forum

Email: vera.c@pandora.be